In het centrum van Zoutleeuw valt meteen het statige trio van stadhuis, lakenhalle en Sint-Leonarduskerk op. Deze laatste herbergt meerdere kunstschatten, zoals een prachtige sacramentstoren en paaskandelaar. Wij zetten onze weg verder naar het oud begijnhof, waar nog wat muren resten. Vervolgens komen we bij de voormalige Koepoort, die toegang gaf tot een aarden citadel. We nemen het smalle paadje en passeren een mooi lemen huisje. Bij de Kunckenspoort steken we de Kleine Gete over en wandelen langs pereboomboomgaarden tot bij de fraaie Bethaniakapel. Via de Tiensestraat stappen we richting centrum en volgen daar links de fotogenieke Schipstraat langs de Kleine Gete. Hier legden kleine binnenschepen aan in de middeleeuwse haven, die de stad zo welvarend maakte. Tot slot keren we via de Bogaerdenstraat terug.

Tot eind 2004 was het natuurreservaat Het Vinne nog een drassig bos. Na de bomenkap en het stoppen met pompen ontstond het grootste natuurlijke binnenmeer van Vlaanderen. In 2009 maakten we de volledige rondwandeling. Sindsdien is er een olympisch pad bijgekomen, waar je je kan meten met de dieren, en is de uitkijktoren vernieuwd. Langs de blauwe wandeling, die deels over het water loopt, staan zintuigbelevingselementen opgesteld.